De Heerlijkheid Eck en Wiel
Cornelis Baron de Cocq van Delwijnen tot Eck huwde 29 maart 1740 met Bernardina Ida Baronesse van Eck van Panthaleon en samen bewoonden zij het adellijk Huis ‘Korte Hoeve’ ook wel ‘Cortenhoeve’genoemd.
In de jaren 1734, 1738 en 1739 werd hij, als ouderling van de gemeente Eck en Wiel, afgevaardigd naar de Tielse classis. Van hem dateren sedert 14 januari 1717 de oudste alhier bewaard gebleven notulen, waaronder “Wetten tot onderhoudinge van goede order in en van den kerkenraad der Gereformeerde Gemeyntens van Eck en Wiel”.
St.Anna kerk
Met instemming geven wij de geschiedenis weer van de St. Anna Kerk van Eck en Wiel. “De St. Anna kerk is een laatgotische pseudobasiliek gesticht rond 1266. Ze werd gewijd aan St. Anna (begenadigde). Waarschijnlijk omdat de moeder van stichter Bartholomeus van Eck als naam Anna had. De oorspronkelijke kerk werd omstreeks 1363 tijdens twisten tussen de Bronckhorsten en de van Heeckerens verwoest. Al gauw werd met de wederopbouw begonnen, die echter langzaam vlotte. Zodoende dateert de toren uit de 14e eeuw, het schip uit het einde van de 15e of begin van de 16e eeuw en het koor uit de 16e eeuw.
Aanvankelijk was de toren hoger maar nadat hij in 1636, 1747 en 1836 was omgewaaid, besloot men hem lager te maken. Van de kraagstenen, waarop de ribben rusten, zijn bij een viertal kraagstenen op primitieve wijze de symbolen van evangelisten gebeiteld. Bij de overige kraagstenen hebben enkele de sporen van polychromie (veelkleurigheid). De preekstoel dateert uit de 17e eeuw; de voet was oorspronkelijk van een 15e eeuws doopfond. Hij is voorzien van fraai houtsnijwerk en een messing doopbekken, ook uit de 17e eeuw. De messing lezenaar is in 1728 geschonken door Nicolaas van Velpen, burgemeester van Amerongen. In de zijbeuken hangen twee bijzondere 17e eeuwse luchters. De armatuur bestaat uit gekronkelde slangen, die op hun kop als een kroontje de blaker voor de kaars draagt. De twee kronen in het schip dateren eveneens uit de 17e eeuw. Op het doophek en op de banken naast de preekstoel zijn vier blakers aangebracht uit diezelfde tijd. In het koor staat een 17e eeuwse eikenhouten bank van de heerlijkheid Wiel, de zgn. Wielse bank. Ook zijn er nog 17e eeuwse banken van de herenhuizen Kortenhoeve en den Hul.
In het koor onder het orgel liggen drie grote grafkelders, waarvan de grootste toebehoort aan de heren van Eck en Wiel (fam. van Delen en van Neukirchen). De anderen zijn van de bewoners van Huize Kortenhoeve (familie De Cock van Delwijnen en Van Eck van Panthaleon) en de bewoners van Huize de Hul (fam. van Rumelaer). In de kerk staat een ijzeren kist, die mogelijk dateert uit de 17e eeuw. Hierin werden de papieren van zowel de diaconie als van de kerkmeesters bewaard. In de wand van de noord beuk is een memoriesteen van gele zandsteen aangebracht voor Geerlof van Darthuysen, die in 1513 in de Betuwe werd doodgestoken. Geerlof van Darthuysen was een zoon van een schepen uit Wijk bij Duurstede.
Het opschrift van de klok in de toren luidt als volgt: “Laudo Deum verum voce plebem collego clerum. MCCCCXX William Butendiic Fecit”. (“Ik prijs de ware God, met mijn stem roep ik het volk samen”.) De klok behoort tot de oudste van ons land. Het jaar 1577 mag worden gezien als het beginpunt van de reformatie in Eck en Wiel. De eerste predikant die wordt vermeld is Simon LucaeBysterus, die nadat hij was vertrokken naar Ingen, in 1621 werd opgesloten in slot Loevestein wegens Remonstrantse gezindheid. Van 1854 tot 1900 stond hier Ds. Jacobus Anspach, die als geschiedschrijver naam gemaakt heeft”.